
Vilma Henkelman:
“ik ben klaar met draaien Dat zei ik in 2005, maar….het bloed kruipt nu eenmaal waar het niet kan gaan. En nu is er dan een digitaal foto-overzicht van 45 jaar draaien met klei. Je kunt er eenvoudig doorheen scrollen: http://www.vilmahenkelman.nl In dat overzicht zie je mijn ontwikkeling duidelijk geïllustreerd: Van gebruiksgoed naar monumentale potten en autonome sculptuur ben ik weer terug bij de bron. Waarbij ik mij concentreer op de kom.
“the Very Moment”, en wat daaraan vooraf ging. In 2005 vraagt iemand om mij te mogen filmen terwijl ik aan het werk ben. Aan het eind van de film zie je hoe ik de machete hef en zeg… dit was het ! Op dat moment kon ik niet weten dat het werk dat je ziet in de film daadwerkelijk mijn laatste werk van groot formaat zou zijn. https://www.youtube.com/watch?v=a44dRdr3c0Y Na het project ‘the Very Moment’ kwam ik tot de conclusie dat het verhaal letterlijk rond was. Ik draaide steeds een cilinder van gemiddeld 125 cm hoog, puur ten dienste van de slag met de machete. Na het slaan van de ultieme slag, bleek mijn avontuur en onderzoek van 40 jaar in wat ik met de monumentale potvorm kon doen voorbij. De perfecte slag bleek een ware bevrijding! Het stille en het meest vitale, de uitersten van twee krachten kwamen hier samen. Ik had bereikt waarnaar ik al die jaren zocht. De uitdaging die ik steeds voelde om te werken in dat grote formaat, bleek ten einde.
Nadat ik…..- spontane ingrepen deed tijdens het draaien,
- het accent op de plasticiteit en het leven in klei wist te vestigen,
- aandacht creëerde voor de binnenkant van de kom, als een symbool voor ontvankelijkheid,
- de gedraaide potvorm binnenste buiten keerde,
- de totale vorm ging omvatten om er identiteit aan te geven met mijn naakte lichaam,
- en ook losse gedraaide onderdelen met een houten balkje of mijn vuist aan elkaar wist te slaan als een zichtbare verbindingsmethode voor die delen
En dan was er uiteindelijk die slag met de machete die ‘the Very Moment’ markeerde, het moment waarin mijn monumentaal verhaal was verteld.
Na die bevrijding zit ik niet stil, maar verleg ik mijn terrein van klei naar het canvas
Inspiratie Peter Voulkos (1924–2002) is voor mij grootmeester in de keramiek. Voulkos zei: “what the white canvas is for the painter, is the container for the potter”. Dat heb ik al die jaren ook zo ervaren. Vrijheid binnen een stramien. Vanaf 2010 ging ik incidenteel kommen draaien in ateliers van bevriende pottenbakkers. En nu, nu werk ik weer in mijn eigen atelier en concentreer ik mij op de kom, geïnspireerd op de chawan : de Japanse theekom.
Een stukje geschiedenis In de 16e eeuw herkende een zenmeester de “Schoonheid van imperfectie” in een eenvoudige theekom voor dagelijks gebruik. Die ontdekking van schoonheid maakte dat door hem en volgende zenmeesters een selectie werd gemaakt van kommen voor de Japanse theeceremonie. Er ontstond een cultuur waarin imperfecties, zoals vervorming en barsten in pot of kom niet slechts werden geaccepteerd maar zelfs hogelijk gewaardeerd. Het weerspiegelt de balans tussen schoonheid en grilligheid van de natuur en het leven zelf. Een balans die op dergelijke wijze aantoonbaar is gemaakt, bepaalt wat men in Japan onder het begrip ‘wabi’ verstaat. Voor dat begrip kennen we geen adequate westerse vertaling. Ik noem het zelf ‘spirituele schoonheid’.
Maakproces Schoonheid van imperfectie ontstaat in het maakproces vanuit een harmonie met het natuurlijke en ongekunstelde, die eenvoud en spontaniteit komt direct van binnenuit. Het is het zelf dat tot uitdrukking komt zonder zich te laten hinderen door enige kennis of vooringenomenheid. Gestuurd door de bekwaamheid van de maker. In deze filosofie heb ik mij al vroeg herkend. Het vormt de kern van mijn houding tijdens het werk.”
Vilma januari 2015