Lies Was werd in Leiden geboren. Zij werd opgeleid aan de Koninklijke Academie in Den Haag van 1969 -1971 ook volgde zij lessen aan de Vrije Academie. Zij woonde het grootste deel van haar leven in Wassenaar en was vanaf 1975 tot haar overlijden actief lid van het schildersgenootschap Pulchri Studio in Den Haag.
In de collectie van Wassenaar met als belangrijkste kern de “Nieuwe Haagse School” zijn verscheidene werken van haar opgenomen.
Lies Was heeft jaren lang mogen werken in het atelier van Kees Andrea dat gevestigd was in de oude buitenplaats “De Voorde” uit 1799. Andere ‘bewoners’ van deze bijzondere ateliergemeenschap waren Livinus van den Bundt, Herman Berserik, Ton Hogendoorn en Arja van den Berg. Zij schreef daarover het volgende:
“In 1970 ontmoetten wij, Lies en ik, elkaar in het grote huis in het park en in de tuin, werkend. Alle dagen soms van donker in de morgen tot donker in de avond. Ieder in onze ruimte, zij bij Kees Andrea en ik in de oude keuken, verpakt in schorten gemaakt door onze moeders, we waren pas begin 20 jaar. Als het lente werd tekenden wij elkaar af en toe in de ‘wilde’ tuin van het grote huis, onder de oude beukenbomen tussen grassen, menshoog fluitenkruid, wolfsmelk en sneeuwklokjes. Die bloemmotieven zijn haar aandacht en zo zal zij gezien blijven. Ernstig, bedachtzaam, altijd opgaand in haar werk op haar eigen toonhoogte sprak zij over haar verwondering”
Na de periode in de Voorde betrok Lies het tuinhuisje bij het landhuis “De Pauw” in Wassenaar als atelier, ooit het atelier van koningin Wilhelmina. Daar heeft zij nog jaren gewerkt tot haar gezondheid dat niet meer toeliet.